woensdag, augustus 30, 2006

Zon, zee en strand

Afgelopen weekend ben ik in Kribi geweest, DE badplaats van Kameroen. Een beetje een bounty-eiland gevoel kreeg ik er wel, witte zandstranden met palmbomen, jongens die kokosnoten verkopen, blauwe oceaan.

De reis naar Kribi begon met een overnachting in Douala. Ik was al niet zo enthousiast over die stad: vies, veel modder, slechte wegen, stank, een hele drukkende hitte, druk en de mensen zijn er erg vervelend. Maar na dit avontuur heb ik besloten alleen nog naar Douala te gaan om op het vliegtuig te stappen. Voor mijn plezier ga ik er niet meer heen. Ik was samen met Gabriel tegen 16 uur uit Bafoussam vertrokken. Helaas hadden we het niet getroffen met de bus, die stopte zo ongeveer in elk dorpje onderweg. We kwamen dus tegen 23 uur in Douala aan. We wisten in welk hotel we wilden slapen, maar we wisten niet precies waar we dan uit de bus moesten stappen. Uiteindelijk werden we ergens uit de bus gezet en duidde de chauffeur vaag aan waar we een taxi moesten nemen. Ik was niet erg blij met de plek, donker, rustig en in een steegje een stukje terug had ik een aantal mensen bij auto’s zien staan en dat beviel me niet. De taxi’s die er reden waren allemaal vol. Er kwam een man op ons afgelopen, een blanke. Die bood aan om ons naar het hotel te rijden, want het was echt niet veilig dat we zo laat nog over straat liepen met al onze bagage (die overigens slechts uit twee kleine rugzakjes bestond). Ik had er geen goed gevoel bij en dus weigerden we. Hij zei nog of we het zeker wisten, hij was van de beveiliging van het energiebedrijf AES-Sonel zei hij. Nee dus, we wilden niet. Maar goed, we vonden ook geen taxi. Ondertussen liep de man terug het steegje in om daarna met de auto weg te gaan. Die had idd een opdruk van het energiebedrijf. Wij probeerden ondertussen een taxi te vinden, tevergeefs. Toen de man langs ons reed en nogmaals aandrong stapten we toch in. Hij liet ons ook zijn badge zien met naam en al. Dat stelde gerust. Hij vroeg uitgebreid naar welk hotel we gingen en of dat soms in de buurt van een bakkerij was. Ja dus, daar moesten we heen. Maar toen de chauffeur van de auto daarna de deuren centraal vergrendelden keken Gabriel en ik elkaar aan met een blik van shit dit is niet goed, we zitten bij bandieten in de auto. Maar we reden wel in de richting van het hotel, ik herkende het. Ondertussen belde de blanke man een aantal mensen en ik hoorde dat hij Engels met een Amerikaans accent sprak. Dat stelde me wel weer gerust, omdat ik weet dat de AES-Sonel door Amerikanen is overgenomen onlangs. Na ongeveer 10 minuten kwamen we bij het hotel aan en werden we uit de auto gezet. Geen bandieten dus, maar echt ongeruste mensen. Nogmaals onze grote dank aan de mensen van de AES-Sonel.

Goed, na dit avontuur en een redelijke nachtrust in Douala gingen we de volgende dag door met de bus naar Kribi. Daar aangekomen hebben we eerst een wandeling door de stad gemaakt en een hotel gezocht. Helaas regende het, redelijk normaal overigens voor de tijd van het jaar. Het is ook geen hoogseizoen nu, waardoor het rustig was. De eerste dag hebben we alleen onze voeten in het water gezet, verder niets. DE volgende dag gingen we eerst de haven bekijken. Daar wordt vnl tropisch hardhout vervoerd. De haven is niet diep, waardoor de grote schepen niet binnen kunnen varen. Het hout wordt in kleine hoeveelheden naar het schip gebracht, dat een stuk verderop in de oceaan ligt. Na de haven gingen we terug naar het hotel om onze zwemkleding aan te trekken. De zon scheen en dat moesten we natuurlijk niet aan ons voorbij laten gaan. Ik zag dat Gabriel het best eng vond om het water in te gaan, ik realiseerde me ook toen pas dat hij de oceaan nog nooit had gezien. De kracht van het water moet je niet onderschatten. Maar toen hij eenmaal door had dat het heel leuk is om in de golven te springen en die over je heen te laten komen had hij ook de moed om dieper het water in te gaan. En lang ook. Toen ik voelde dat de zon me begon te verbranden wilde hij nog niet het water uit………..

’s Avonds gingen we gegrilde vis eten in de haven. Daar zijn allemaal vrouwen die vers gevangen vis op houtskool grillen. Echt ontzettend lekker en het kost helemaal geen klap. Voor 6 euro kun je ieder een gegrilde vis eten, frietjes van plantain (zoete bakbanaan) en een biertje drinken.

Helaas was de volgende ochtend vroeg het feest voorbij en vertrokken we om 7 uur aan de lange terugreis naar Bafoussam, waar we tegen 19 uur aankwamen.

2 Comments:

At 31 augustus, 2006 09:05, Blogger Trix said...

Dit verhaal beschouw ik maar als een verjaardagscadeautje :-) Ga je als je terug bent een boek schrijven Jikke?

Liefs van Trix

 
At 07 september, 2006 19:00, Anonymous Anoniem said...

Wat een gezelllige beschrijving van je belevenissen

Groetjes Rens

 

Een reactie posten

<< Home